Staatssecretaris Heijnen is optimistisch over beschikbaarheid van elektrische vrachtwagens

Staatssecretaris Heijnen is optimistisch over de beschikbaarheid van elektrische vrachtwagens. Dat schrijft de staatssecretaris in een brief aan de Tweede Kamer na de motie van het lid Koerhuis c.s. dat vroeg om een plan en een tijdspad (jaarlijks tot 2030, 2040 en 2050) voor de verduurzaming van vrachtwagens, inclusief de beschikbaarheid en betaalbaarheid van (waterstof-)elektrische vrachtwagens en tank- en laadinfrastructuur.

Het kabinet streeft naar een emissievrij vrachtwagenpark in 2050. Dit betekent verduurzaming van ongeveer 160.000 vrachtauto’s. De ambitie is dat in 2030 tenminste 16.000 vrachtauto’s emissieloos zijn, en dat in 2040 100% van de nieuwverkopen emissieloos zijn.

Roadmap

Voor de komende jaren zijn de Nederlandse plannen voor het reduceren van de CO2-uitstoot van vrachtwagens helder. Deze plannen omvatten onder andere het aanscherpen van Europese CO2-normen voor vrachtwagens, het instellen van zero-emissiezones stadslogistiek in 30 tot 40 steden, het invoeren van een vrachtwagenheffing, het programma Schoon en Emissieloos Bouwen en het subsidiëren van zowel zero-emissie vrachtwagens als de bijbehorende tank- en laadinfrastructuur. De plannen sluiten aan bij de Roadmap “Op weg naar een emissieloze en innovatieve vervoerssector” en het Nationaal Plan Energiesysteem (in ontwikkeling).

Een duwtje in de rug

Ondernemers die overstappen naar elektrische voertuigen konden dit jaar gebruik maken van de subsidieregeling AanZET (Aanschafsubsidie Zero-Emissie-Trucks) en SSEB (Subsidieregeling Schoon en Emissieloos Bouwmaterieel). Op Prinsjesdag heeft het kabinet aangekondigd het budget hiervoor te verruimen. Ook zijn er fiscale maatregelen die de overstap aantrekkelijk maken, zoals een MRB-vrijstelling tot 2025, 45% milieu-investeringsaftrek (MIA) en een verlaagde rente op een lening voor de aanschaf van voertuigen. Er komt een Subsidieregeling Waterstof in Mobiliteit aan.

Het kabinet stelt via de terugsluis van de vrachtwagenheffing middelen beschikbaar voor de aanschaf van zware elektrische voertuigen, de aanleg van laad- en tankinfrastructuur en stimulering van logistieke efficiëntie. Daarnaast is geld gereserveerd voor het gebruik van waterstof in het zwaar transport en de verkenning van het opladen van vrachtwagens via de bovenleiding (Electric Road Systems).

In de voorgestelde tariefstructuur voor het Eurovignet ontvangen zero-emissievoertuigen een korting van 81% op het tarief tegenover het tarief voor EURO VI-voertuigen.

Netcongestie

Om de ingroei van voertuigen te faciliteren, moet de uitrol van logistieke laadinfrastructuur en waterstoftankinfrastructuur voor zware bedrijfsvoertuigen worden versneld. Hierbij hoort ook het wegnemen van problemen rond netcongestie op het elektriciteitsnetwerk. De benodigde vraag naar netcapaciteit op de betreffende locaties brengt de staatssecretaris met de provincies in kaart door het provinciale MIEK-proces.

Technologische ontwikkelingen als slimme laadstrategieën en bi-directioneel laden bieden daarbij nieuwe mogelijkheden om vraag en aanbod van elektriciteit beter met elkaar in balans te brengen. Batterij-elektrische voertuigen bieden op die manier buffermogelijkheden en dragen bij aan het oplossen van knelpunten op het elektriciteitsnetwerk.

De Nationale Agenda Laadinfrastructuur (NAL) zorgt ervoor dat de ontwikkeling van laadinfrastructuur in Nederland aansluit bij de uitrol van elektrisch vervoer, met als voornaamste doel dat er voldoende laadmogelijkheden zijn

Hernieuwbare brandstoffen

Naast de stimulering van ZE-voertuigen zet de staatssecretaris in op verduurzaming van het wegverkeer met hernieuwbare brandstoffen. Er is voor gekozen om tussen nu en 2030 geleidelijk extra biobrandstoffen in te zetten in het wegverkeer. De inzet is aanvullend op de herziene richtlijn hernieuwbare energie (RED III). Naarmate de elektrificatie toeneemt in het lichte wegtransport zal een steeds groter aandeel hiervan benut worden voor zware vrachtwagens.

Beschikbaarheid voertuigen

Om het aanbod van ZE-vrachtwagens verder op gang te brengen, zet de staatssecretaris  samen met andere lidstaten in op ambitieuze CO2-normen voor zware bedrijfsvoertuigen. Deze inzet sluit aan bij de verwachting van truckfabrikanten dat in 2030 ten minste 50% van de nieuwverkopen emissieloos is.

De beschikbaarheid en betaalbaarheid van elektrische rachtwagens varieert sterk en is afhankelijk van de technologie: batterij-elektrische en waterstof-elektrische voertuigen.

Beschikbaarheid en betaalbaarheid van batterij-elektrische vrachtwagens

Het aanbod van batterij-elektrische voertuigen is op dit moment klein, maar is de afgelopen jaren snel gegroeid. Vooral in de middelgrote voertuigklasse (vanaf 16 ton, waar ook Europese CO2-regelgeving op van toepassing is) is het af-fabriek aanbod aanzienlijk toegenomen. Er kan worden gekozen uit verschillende asconfiguraties en batterijgroottes. In deze segmenten ligt de actieradius rond de 200 tot 400 km. Nieuwe modellen met meer actieradius zijn aangekondigd en komen op korte termijn (voor 2025) op de markt.

Toekomstige batterij-elektrische vrachtwagens hebben een hoger actieradius, kunnen sneller laden en zijn minder duur. De huidige batterij-elektrische vrachtauto’s hebben nog een aanzienlijk kleinere range en een factor 3 tot 3,5 hogere aanschafprijs dan vrachtauto’s die rijden op fossiele brandstoffen, maar de verwachting is dat deze verschillen snel zullen afnemen. De ontwikkeling wordt gedreven door continue verbeteringen in de batterijtechnologie, hetgeen resulteert in lagere batterijprijzen met hogere energiedichtheid. Door de kostengedrevenheid van de transportmarkt zal de ingroei van elektrische trucks richting 2040 naar verwachting toenemen.

Beschikbaarheid en betaalbaarheid van waterstof-elektrische vrachtwagens

In vergelijking met de batterij-elektrische vrachtwagenmarkt is de markt voor waterstofvrachtauto’s minder ver ontwikkeld. Slechts een enkele fabrikant produceert op grotere schaal waterstofvrachtauto’s. Er zijn kleinere ombouwers actief op de markt die waterstofvrachtauto’s kunnen leveren in kleine aantallen.

Rijden op waterstof is momenteel nog duur, maar de verwachting is dat de kosten in de toekomst dalen door het gebruik van andere (minder kostbare) materialen in de brandstofcel en toenemende productieaantallen. Daarnaast worden er enkele grotere waterstoffabrieken gerealiseerd in Nederland en in het buitenland, waardoor de kosten voor groene waterstof naar verwachting dalen van €16,-/kg in 2020 naar €3,-/kg in 2030. De prijs aan de pomp daalt hierdoor naar tussen de €5,- en €6,50/kg in 2030. Daarmee zou waterstof competitief worden met fossiele energie.

Een andere ontwikkeling is die van de waterstofverbrandingsmotor, die eveneens de potentie heeft om onder de nieuwe Europese normen als zero-emissie aangemerkt te worden. Vanwege de ruime ervaring van OEM’s met verbrandingsmotoren is het mogelijk dat deze toepassing tegen relatief minder hoge aanschafkosten beschikbaar komt vanaf 2025. Het is op dit moment nog te vroeg om een conclusie te trekken over de mogelijke rol van de waterstofverbrandingsmotor in vrachtwagens in de toekomst, stelt de staatssecretaris.

Tank- en laadinfrastructuur

Naast de beschikbaarheid van de voertuigen is ook de beschikbaarheid van de laad- en tankinfrastructuur van belang om deze voertuigen van energie te voorzien. Er komt een basisnetwerk van laad- en tankpunten in Nederland. De beschikbaarheid van voldoende netcapaciteit voor de verduurzaming van logistiek is nog wel een zorgpunt.

Volgende stappen

Om te kunnen beoordelen of de logistieke sector voldoende snel stappen kan zetten en om mogelijke knelpunten vroegtijdig te identificeren, maakt het kabinet gebruik van het dashboard klimaatbeleid. Hierin wordt onder andere de ontwikkeling van de vrachtwagenvloot, het aandeel hernieuwbare energiedragers in mobiliteit en de ontwikkeling van de laad- en tankinfrastructuur gemonitord.

Met het rekeninstrument TCO-vracht kunnen individuele bedrijven de kostprijs (TCO) van een  elektrische vrachtwagen berekenen en vergelijken met de kostprijs van dieselvrachtwagen. Hierdoor krijgen vervoerders inzicht in de betaalbaarheid van een voertuig voor hun situatie. Het monitoren van de kostprijsontwikkeling is onderdeel van het beleidsmonitoringsinstrumentarium.

De staatssecretaris rond de brief af met: “Om de verduurzaming van vrachtwagens te realiseren trek ik op met de transportsector om samen ambitieuze stappen te zetten. Het is daarbij van belang dat we onze internationale concurrentiepositie behouden en zo mogelijk door verduurzaming weten te versterken”.

Bron: Minsterie IenW

Foto: met toestemming van De Klok Logistics

No Comments Yet

Leave a Reply

Walther Ploos van Amstel  

Passie in logistiek & supply chain management

FOLLOW