Op het Foodcenter zitten 50 bedrijven, werken meer dan 2.500 mensen en wordt voor meer dan 1 mrd. euro toegevoegde waarde gemaakt. Die bedrijven bedienen 7.000 horecazaken en speciaalzaken in Amsterdam.
Gemaksgeneratie
De gemaksgeneratie in steden groeit. Die generatie stelt nieuwe eisen aan (flits)bezorging, maaltijdbezorging, foodretail en horeca. De toeleverende groothandel, producenten en catering (en darkkitchens) staan voor grote uitdagingen; het moet allemaal vlugger, verser, voordeliger, vollediger en natuurlijk duurzamer. Retail- en horecaondernemers bereiden zich voor met blurringconcepten, werken samen met snelle diensten als Thuisbezorgd en Getir of zetten maaltijdbezorging en nieuwe horecaformules op.
Stedelijke voedselstrategie
De stedelijke voedselketens moeten duurzaam vanuit de consumentwensen worden (in)geregeld; robuust, met korte ketens, gezonder, minder CO2-uitstoot en veel minder derving. Voedsel heeft de grootste impact op de ecologische schade die we met elkaar binnen de gemeente veroorzaken; ongeveer de helft. Gemeenten, zoals Amsterdam, moeten daarom serieus nadenken over een duurzame voedselstrategie. Pas dan kun je nadenken over de toekomst van de logistiek van voedsel in de stad.
In november 2023 kwam de Amsterdamse voedselstrategie uit. De gemeente gaat werken aan minder CO2-uitstoot, minder voedselverspilling, voedsel dat overblijft terug te brengen in het voedselsysteem, organische reststromen te hergebruiken, de consumptie van plantaardige voeding te stimuleren en te zorgen voor meer lokaal en duurzaam geproduceerd voedsel (25% in 2030) voor een eerlijke prijs op de Amsterdamse markt.
Ruimte maken
De uitvoeringsagenda rept echter met geen woord over de toekomst van de logistiek die daarvoor nodig is. De Amsterdam wethouder schrijft: “We dragen bij aan het opzetten van alternatieve routes voor voedselproductie, voedselreststromen, verwerking en consumptie en bieden hiermee een alternatief ten opzichte van het reguliere marktaanbod. Concreet: bijdragen aan het realiseren van tenminste 6 gebiedsgerichte voedselhubs, waarin voedselproductie en consumptie, verwerking, distributie, logistiek, consumptie, culinaire ontmoeting en samenkomst gecombineerd worden”.
Nergens uit de uitvoeringsagenda blijkt wat de behoefte is aan ruimte voor die regionale voedsellogistiek, aan welke eisen die ruimte moet voldoen en welke ruimte-alternatieven er in de regio zijn.
Maak het ecosysteem toekomstbestendig
De bestaande stadslogistiek vanuit het Amsterdamse Foodcenter is niet toekomstbestendig. De bevoorrading van catering en horeca gaat nu al over een of de vijf vrachtvoertuigen binnen de stad. Dat aantal groeit de komende 10 jaar met 20 procent als de gemeente en de ondernemers nu niets doen. Dit leidt tot een onhoudbare situatie, voor de stad, distributeurs, leveranciers en horecaondernemers.
De vage Amsterdamse voedselstrategie leidt af van de urgente vraag wat ondernemers samen bij het her-te-ontwikkelen Foodcenter morgen al kunnen bereiken in het bundelen van stromen voor afhalers en bij de de bezorging met (kleine) elektrische voertuigen, delen van data, korte regionale ketens, het opleiden van jong talent, samen energie maken, delen en besparen, het verminderen van voedselderving in de circulaire keten, duurzamer werken in de horeca en catering en samen innoveren. Dat is in het belang van de lokale economie van de stad en van de vitaliteit.
Zo maken de ondernemers van het Foodcenter een hecht ecosysteem waarin ondernemers samen met kennisinstellingen nieuwe bedrijfsmodellen ontwikkelen en die in de praktijk van de stad testen en verbeteren. Business as usual? Vergeet het maar!
De eerste gebouwen zijn al gesloopt. Maar de bijbehorende gemeentebelofte dat ondernemers op een kleiner stuk kunnen blijven in ‘intensieve nieuwbouw’, komt maar niet van de grond. Dat schrijft Parool.
“Toen ik begon, zou het nieuwe Foodcenter in 2027 klaar zijn,” zegt Meijer. “De ondernemers hebben grond en gebouwen afgestaan voor woningbouw. Ze verwachten iets terug te krijgen maar dat komt steeds niet. Ze voelen zich overgeleverd aan projectontwikkelaars.”
“Die hebben van de gemeente mijlpalen meegekregen. Nu men die niet haalt, grijpt de stad niet in. Die zegt: ondernemers en ontwikkelaars moeten er maar samen uitkomen. Grote ondernemers overleven dit wel, of vertrekken. Kleinere bedrijven komen in de knel. Een aantal ondernemers zegt al: dit maak ik niet meer mee.” zegt Dertje Meijer, directeur van het Foodcenter.