Aantal bezorgvoertuigen in ‘last mile’ kan met helft minder

In ‘last mile’ bezorging is een flinke duurzaamheidsslag te maken. Onnodig grote voertuigen verplaatsen vooral lucht. Er rijden twee keer zoveel bezorgvoertuigen in de stad als nodig is. Je kunt beschikken over slimme vervoersmiddelen, maar daar hoort een dynamische planning bij. De logistieke sector is al goed op weg om te verduurzamen; toch zijn er nog aardig wat stappen te zetten bij vooral het veel slimmer omgaan met data.

Slack

In de planning van de stedelijke bezorging zit veertig tot vijftig procent slack. De factor reistijd in de stad is erg onzeker. De planners houden daarmee rekening. Chauffers staan bovendien meer dan tweederde van de tijd buiten hun voertuig. Bij de planning heb je daar geen idee van; die planning kijkt vooral naar de rijtijd, niet naar de de bezorgtijd. Picnic doet dat juist wel slim.

Een andere uitdaging is het vinden van een laad- en losplek. Met het dynamisch gebruik van verkeersdata zou je bijvoorbeeld een reservering voor zo’n plaats kunnen maken. Veel gemeenten bereiden dit voor.

In een keer goed leveren

Er zijn twee factoren die duurzame levering flink verstoren. De eerste is het aantal klanten dat niet thuis is bij de eerste levering, gemiddeld één op de vier. Dat zijn harde cijfers die de sector vaak ontkent (omdat ze de levering aan de buren als een geslaagde levering beschouwen). Gelukkig betrekken steeds meer ‘last mile’ bezorgers de klant bij de bezorging en werken ze met address intelligence. Met slimme data kun je de beste oplossing aan de ontvanger presenteren.

Slimmer verpakken

Een tweede factor is dat verpakkingen over het algemeen veel te groot zijn; dan ben je dus gewoon lucht aan het verplaatsen. Gelukkig wordt op dat punt steeds vaker actie ondernomen. Bedrijven verpakken meer en meer op maat of verpakken zelfs in het geheel niet meer; maak de verpakking e-commerce ready. De bezorging kan dan met kleinere bestelauto’s en licht elektrische voertuigen.

Nieuwe woonwijken

Om woonwijken op een duurzame manier te ontsluiten voor de groeiende bezorgeconomie, moet niet alleen de indeling daarvan aangepast worden, maar ook het formaat van de voertuigen die ernaartoe gaan. Woonwijken die nu in aanbouw zijn, moeten we inrichten op de bezorgcultuur: dat kan door er pick-up points in op te nemen, waar consumenten zelf hun pakjes kunnen afhalen. Wanneer die vervoerd worden met lichte elektrische voertuigen worden woongebieden toegankelijker.

En, waarom zouden de bezorgers niet meer samenwerken in de ‘last mile’? Ik kan mijn buren in onze autoluwe buurt niet uitleggen waarom er elke dag 20 tot 30 bezorgbusjes voor de deur stoppen…

Betrek de klant erbij

Een ander instrument voor verduurzaming is de tijdvakplanning. Albert Heijn bijvoorbeeld laat zijn klant kiezen tussen zo’n zestig levermomenten per week, allemaal met een verschillende prijs: een duurzaam tijdslot is goedkoper. Nespresso paste dat principe destijds als eerste toe, ook om de druk op zijn personeel te verminderen. Dat thema is nu weer behoorlijk in de actualiteit: de druk die het online shoppen en de bijbehorende next day delivery-verwachting leggen op de nachtarbeid die daarvoor nodig is. Nespresso-klanten bestelden vaak in het weekend, waardoor op maandag veertig procent van het weekvolume verwerkt moest worden; vervolgens werd het pakketje op dinsdag bezorgd, was de consument niet thuis. Door de klant aan te laten geven op welk moment bezorging goed uitkomt krijg je meer spreiding in de fulfillmentketen.

‘Geen haast’-bestelbutton

Het idee van een ‘geen haast’-bestelbutton zoals advocate Margreet de Boer onlangs op Twitter opperde, lijkt mij een goede oplossing. Maar ook het prijstechnisch belonen van het kiezen voor duurzame tijdvakken past prima in dat kader.

Gelukkig zijn er veel bezorgbedrijven die echt hun best doen. Maar vóór 2025 moeten zeker nog een aantal stappen gezet worden, zowel in techniek als in de manier waarop de consument daarmee omgaat. De e-commerce sector loopt voorop in duurzaamheid. Er komen in Nederland steeds meer fulfillment centra: daarin wordt veel gemechaniseerd en bij het ontwerp ervan is duurzaamheid nu, na efficiëntie, het tweede criterium. Het is een innovatieve branche met een jonge bedrijfscultuur waarin niet traditioneel gedacht wordt. Projecten met bezorgrobots bijvoorbeeld tonen aan dat bedrijven best durven te experimenteren.

Het draait om mensen. Met de vele slimme jongens en meisjes die uit het hoger onderwijs komen moet het mogelijk zijn het aantal bezorgvoertuigen te halveren. Maar, dan moeten de bezorgbedrijven wel willen investeren in talent; technisch talent en data talent.

 

Walther Ploos van Amstel.

 

Foto: Simon de Rijke

No Comments Yet

Leave a Reply

Walther Ploos van Amstel  

Passie in logistiek & supply chain management

FOLLOW